Jarenlang hebben we op de internationale catwalks alleen maar ‘kloontjes’ gezien. De modeontwerpers kozen één soort man, één soort look, voor hun catwalk en zochten dan tijdens de castings allemaal dezelfde types bij elkaar. De modellen kregen voor de show dan ook nog eens allemaal hetzelfde kapsel aangemeten. Sinds een aantal jaren is dit ‘herhalingsconcept’ achterhaald en zien we op de catwalks een potpourri, een allegaartje, van modellen.
Verder zijn de ontwerpers ook steeds meer op zoek gegaan naar karakteristieke gezichten. Karakter en personaliteit hebben tegenwoordig de voorkeur boven alleen maar een knap gezicht.
Zo kan het gebeuren dat een jonge Russische tandarts als Aleksandr Atlas, gladgeschoren met indringende blauwe ogen, de modeshow van Bed J.W. Ford, een Japans streetwear merk, in Milaan loopt. In diezelfde show loopt ook een guitige tiener met een gezicht vol sproetjes mee. En een jonge man met gitzwart krullend haar, dikke wenkbrauwen, en wimpers waar menig vrouw jaloers op zou zijn boven stel donkerblauwe ogen.
Het tijdperk van de klonen en grijze muizen is voorbij. Modellen zijn niet meer enkel de ‘kleerhangers’ van de ontwerper. Ze moeten iets toevoegen, uitstralen, opvallen, hun eigen stijl hebben en die meenemen op de catwalk.
En dat geldt ook in het leven van alledag. Waarom zou je ‘anoniem’ de catwalk die ‘leven’ heet, betreden. Toon karakter, ontwikkel je eigen stijl, buit je opvallende karakteristieke trekjes uit. Heb je wild krullend haar, laat het dan krullen. Heb je zware wenkbrauwen, draag ze dan met trots. Ga bij jezelf te rade wat je sterke punt is, en accentueer dat.
ADVERSUS