De wisseling van het seizoen is hét moment om je garderobe eens onder de loep te nemen. hier zijn onze adviezen om dit klusje grondig en efficient te klaren.
Goed gekleed gaan begint bij een goed georganiseerde garderobe. Dit is misschien iets wat je je nooit eerder hebt gerealiseerd, maar toch is het waar. Wil jij er altijd onberispelijk uitzien, voor welke gelegenheid dan ook, dan zul je eerst moeten zorgen dat je garderobe (of zo je wilt, je klerenkast) in orde is.
Het belang van goed gekleed gaan
Maar voordat we daar verder op ingaan willen we eerst iets zeggen over ‘goed gekleed gaan’. We bedoelen daarmee niet dat je iedere dag onberispelijk ‘strak in het pak’ met een gesteven overhemd door het leven moet gaan. Waar het omgaat is dat je de juiste kleding voor de juiste gelegenheid kiest en ervoor zorgt dat die kleding in orde is.
Onderschat het belang van goed kleden niet. Beweeg je je onder de mensen dan is het belangrijk dat je er representatief uitziet. Op je werk pas je je aan aan de dresscode die daar heerst. Val je uit de toom dan lig je in het achterhandje. En dat geldt voor zoveel gelegenheden. Laten we een klein voorbeeldje noemen: je hebt een afspraak met de bank voor een hypotheek en hoopt dat je die zult krijgen.
Ook in dat geval kun je je maar beter netjes aankleden want de kans op succes is dan veel groter. En dat geldt voor zoveel gelegenheden in het dagelijkse leven (in Nederland, maar ook – en vooral – in andere landen, waar vaak een zeer ‘strenge’ dresscode geldt. Informeer daarnaar als je zaken in het buitenland doet.).
Houd gelegenheidskleding en vrijetijdskleding gescheiden
Een belangrijke hoofdregel voor ‘goed kleden’ is: haal ‘gelegenheidskleding’ en ‘vrijetijdskleding’ niet door elkaar, maar houdt ze strikt gescheiden. Zo voorkom je ‘kledingblunders’. Een sportieve sweater draag je niet naar kantoor en een krijtstreepbroek draag je niet als je de auto aan wassen bent. Zo op het eerste gezicht lijken het simpele voorbeelden, maar er zijn ook minder evidente voorbeelden die toch ‘echt niet kunnen’.
En met dit onderscheid komen we direct bij een eerste regel voor de organisatie van je garderobe: scheid ook hier vrijetijdskleding en gelegenheidskleding. Hang de klassieke kostuums aan de ene kant en de ribfluwelen blazertjes aan de andere kant. Scheid de kasjmier truien van de sportieve sweaters en de klassieke overhemden van je lievelingsoverhemd met houthakkersruitjes. Niet alleen voorkom je dan dat je ze met elkaar combineert, maar het zal je ook veel tijd en ergernis schelen. Als je ’s morgens in alle vroegte naar kantoor moet en even snel een pak wilt aanschieten dan is het heel fijn als je je niet eerst een weg moet banen door allerlei jasjes en vesten die niet terzake doen. Orde in je garderobe is een van de basisvoorwaarde voor ‘goed kleden’.
Ontdoe je van kleding die je niet meer draagt
We hadden het er al even over: door je garderobe te ordenen bespaar je jezelf veel tijd en ergernis. Als je garderobe geordend is, kun je in een handomdraai de dingen die je nodig hebt vinden. Trek daarom eens een paar uur uit om orde in je kast(en) te scheppen. Die tijd verdien je in de loop van de komende maanden dubbel en dwars terug.
Verwijder alle kledingstukken die je niet meer draagt, om wat voor reden dan ook: uit de mode, te groot, te klein, versleten… Laat ze onder geen beding meer terugkeren in je kast. Meestal wordt voor het opruimen van kasten de volgende richtlijn aangehouden: heb je iets één jaar of langer niet meer gedragen, doe het dan weg want de kans is uiterst klein dat je het ooit nog eens zult aantrekken. (Dit geldt natuurlijk niet voor bijzondere kleding, zoals je smoking!)
Hang kostuums bij elkaar, hang overhemden bij elkaar, vouw sweaters en truien netjes op, scheid kousen van onderbroeken en maak onderscheid tussen casual en formeel. Kortom, zorg voor overzicht in je kast. Het moet te doen zijn, zeker als man.
Basisgarderobe
Van vrouwen wordt wel gezegd dat ze 10% dragen van wat ze in hun kast hebben hangen. Dat zou bij jou heel anders moeten zijn. De kledingstukken uit het ‘formele’ gedeelte van je kast zou je op één hand – nee, dat is overdreven, laten we zeggen: op hoogstens twee handen – moeten kunnen tellen. Alles wat een ‘gemiddelde businessman’ nodig heeft, is een paar kostuums, grijs of blauw, een aantal witte en lichtblauwe overhemden, een aantal dassen, een nette zomer- en winterjas, een paar kakikleurige broeken, een tweedjasje voor koude dagen, een voldoende donkere sokken (witte sokken zijn uit den boze onder een donker pak) en een paar onberispelijk gepoetste schoenen. Werk je ergens waar geen strenge dresscode heerst, houd dan toch de kleding die je naar je werk draagt gescheiden van je vrijetijdskleding.
Het casual gedeelte van je kast laten we aan jou over, maar we kunnen zo wel raden dat we daar een groot aantal spijkerbroeken, sweaters en sneakers kunnen vinden. Rangschik ook deze kleding netjes zodat je ook op vrije dagen niet veel tijd aan het bij elkaar zoeken van een geschikte outfit hoeft te besteden.
Onberispelijk kleden – het geheim zit ‘m in het ophangen van je kleding
Heb je je kledingkast ontdaan van de overbodige kledingstukken, dan is het even tijd om er stil bij te staan of alles wel op de juiste manier is opgeborgen. Jasjes horen te hangen, maar dat niet alleen: jasjes horen BREED te hangen. Is je kledingkast te vol en hangt alles stijf tegen elkaar aan, dan zal alles er geheid verfrommeld en gekreukt uitkomen. En dat is nu juist niet de bedoeling, tenminste niet als je ‘onberispelijk’ door het leven wilt gaan. Er is niets armoediger dan gekreukelde kleding (en niets zo stressvol als ’s morgens vroeg voordat je je naar je werk haast nog even moeten strijken).
Dus zorg ervoor dat jasjes, maar ook jacks, zomer- en winterjassen en overhemden, goed zijn opgehangen. Niet alleen is het van belang dat niet alles tegen elkaar geperst hangt, maar controleer ook of de verschillende kledingstukken de juiste hangers hebben. Wat is er erger dan een afdruk in je blazertje van een verkeerde gekozen hangertje? Gebruik nooit de ijzeren hangertjes die je van de wasserij terugkrijgt (en vervang ze direct door andere hangers) want die tekenen meestal erg. Broeken kun je netjes vouwen. Wil je het helemaal volgens het boekje doen, dan hang je ze op aan speciale broekhangertjes (die met die twee clips waarmee je de broek aan de tailleband ophangt – de pijpen blijven dan onberispelijk).
Dat is het. Probeer het maar eens. Je zult zien dat je er met een goed georganiseerde kledingkast beter uitziet, en jezelf bovendien een hoop ellende en tijd spaart.
In samenwerking met www.trendystyle.net.
ADVERSUS